Als je dit hele traject al een keer hebt meegemaakt (en nog niet zo lang geleden ook), dan ontkom je niet aan vergelijkingen. Wat me vooral opvalt is de rust die René heeft. Ik weet nog hoe hij de vorige keer op de IC lag, amper wakker van de operatie en hij begon al aan slangetjes te trekken. Dat spul moest er allemaal uit! Waarom lag hij hier zo lang? Hij was de onrust zelve. Achteraf gezien was dit heel logisch: na jaren chronische vermoeidheid, had hij opeens een normaal energieniveau. Hij wist niet wat hem overkwam en al helemáál niet waar hij met deze hernieuwde energie naartoe moest. Het leven begon NU en hij moest direct starten met inhalen voor zijn gevoel. Even bijkomen was geen optie.
We moeten niet vergeten dat René nu vanuit een heel andere situatie is getransplanteerd. Dit keer was de overgang veel kleiner. Door het acute ziektebeeld was hij behoorlijk ver afgegleden de afgelopen maanden. Maar toch, deze operatie herstelt hem naar de status waar hij de afgelopen 5 jaar aan gewend was geraakt: een normaal mens zijn. Deze transplantatie was dan ook meer een ‘moetje’ dan de bevrijding van 5 jaar geleden.
“We moeten niet vergeten dat René nu vanuit een andere situatie is getransplanteerd”
Hij was de vorige keer vooral blij, dankbaar en emotioneel. Dit keer wil hij best nog wel eens nölen (voor de niet-Achterhoekers onder ons: zeuren), bijvoorbeeld als hij jeuk heeft. Daar wil hij nu eindelijk eens vanaf zijn, nadat hij er de maanden voor transplantatie ontzettend veel last van gehad heeft. Hij krabde zich tot het bloedde, en dan krabde hij nog eventjes door. Die jeuk was een van de gevolgen van galweg-problemen. Doordat gal niet goed werd afgevoerd hoopten afvalstoffen zich op, wat resulteerde in jeuk. De ergste jeuk lijkt dan ook gelukkig verdwenen te zijn. Waar hij vlak voor transplantatie nog geen bloeddrukmeter om zijn arm kon verdragen, had hij op de IC niet eens door dat de band om zijn arm zat. Toch is hij niet alle kriebels kwijt – de plekken die hij in aanloop naar transplantatie schraal heeft gekrabd blijven opspelen. En laten dat nou ook nog eens de plekken zijn waar hij op ligt. Irritant!
Zelfstandig op de bedrand zitten eten
Hogesnelheidstrein… Again
In 2013 schreef ik een blogje genaamd ‘hogesnelheidstrein’, omdat ik vond dat René zo ontzettend hard vooruit ging. Dit maakte ons de afgelopen periode eigenlijk bang voor deze nieuwe transplantatie: de vorige keer ging het herstel zó goed en snel, het kon nu eigenlijk alleen maar slechter gaan. We temperden onze verwachtingen, maar dat lijkt tot nu toe nergens voor nodig te zijn geweest. De hogesnelheidstrein lijkt dit keer zelfs nog een tandje sneller te gaan! Zo kon ik bijna niet geloven dat René op de intensive care al vrolijk een boterham aan het wegschuiven was. In 2013 had hij toch een aantal dagen nodig voordat hij voorzichtig eens aan een beschuitje begon. Ook met bewegen gaat het goed. Maandag riep de verpleegster van de IVZ (Intensieve Verpleegkundige Zorgunit): “Begin maar vast met extra morfine toedienen meneer Peter, we gaan zo even proberen om op de bedrand te zitten”. René moest wel even slikken: Je wil dat ik wát doe?? Inmiddels zijn we twee dagen verder en stuurde hij een foto van hoe hij zelfstandig op de bedrand zijn avondmaaltijd zat te eten. Zo snel gaat dat dus.
Mooi te horen dat het zo goed gaat.